zondag 30 augustus 2020

Een klein avontuur

Gisteren verplaatste ik een grote sculptuur om de sokkel eronder te ontdoen van stof.
Het 'Oerbeest' liet zich gewillig van zijn plek schuiven, waarna ineens bleek dat hij al die tijd op een insectje had gezeten. Een bijtje kwam ineens in het daglicht tevoorschijn. Hij was totaal opgedroogd en woog minder dan een veertje.
Ik wilde hem vereeuwigen op de gevoelige plaat en hem in close-up nog eens beter bekijken en pakte hem heel voorzichtig op aan één vleugeltje. Daar lag hij voor de lens en hij deed zijn best zo mooi mogelijk de geschiedenis in te gaan.
Zoveel ragfijne finesse. Een wondertje lag hier voor me op het maagdelijk wit.
Hij had waarschijnlijk bescherming gezocht onder het enorme 'Oerbeest', die op zijn beurt al die tijd het kleine geheim had gekoesterd, onwetend over de dood van beiden.
's Avonds zie ik onze hond in haar mand, ze leeft en heeft geen weet van mijn kleine avontuur.




zondag 23 augustus 2020

Met een gestreepte pyjama in het museum

Ze checkten in: twee oude mensen, moeilijk ter been. Ik loodste ze de twee treden op naar de Museumkamer, de anderhalve meter in acht nemend. Hij maakte zich zorgen over de auto, die geparkeerd stond op een plek in de straat waar het niet mocht. Altijd lastig dat parkeren in het centrum. Ik vertelde ze waar het kon zonder Texelvignet voor één nacht. Omdat ze dit zo snel mogelijk wilden regelen waren ze in de haast vergeten waar ze de sleutel van de deur van ons museum hadden gelaten. Volgens de man moest de vrouw zoeken in haar tas. De vrouw keek in haar tas, ging terug naar de kamer, waar hij ook niet lag. Na een tijdje haalde de man hem verontschuldigend uit zijn broekzak. "En dan geef je mij maar weer de schuld", grapte de vrouw lichtjes geïrriteerd. De kop was er af. Vanaf hier kon het alleen nog maar mooier worden.
Ze zouden ergens koffie gaan drinken en er een fijn dagje van maken. De zon scheen. De hitte was uit de lucht.
Het werd laat en al donker en ze waren nog niet terug...

Een oude man in streepjespyjama. Zijn bril inmiddels weer van het nachtkastje op zijn neus. Zijn hoofd, kaal, klein en rond, zat, wat wel vaker bij zeer oude mensen het geval is, vol met bruine vlekjes. Zijn beweging was traag. De pyjama, in blauw, grijs, beige en wit, leek me een authentieke, zoals ze vroeger gedragen werden. De hele outfit klopte met de persoon die erin zat, alleen de omgeving maakte het tot een bizar geheel. Omringd door fantasiewezens van gejut hout en plastic konden we met z'n tweeën zo meespelen in een scène uit 'De Avonturen van Alice in Wonderland' waarbij ik dan natuurlijk Alice zou spelen en hij mijn lieve opa. Of komt er geen opa in dat verhaal voor?
Afijn, hij was op de terugweg van het toilet in de hal naar de Museumkamer toen hij mij zag:
"Over die sleutel, begon hij, ... het kan natuurlijk ook zijn dat hij niet in de auto ligt, maar dat ik hem ergens anders ben kwijtgeraakt." Gisteravond, nadat hij en zijn vrouw een uitstapje naar de vuurtoren hadden gemaakt, belde hij ons lichtelijk in paniek op: "We staan voor de deur, mijn vrouw ging een ijsje eten bij de vuurtoren en daar moet het fout zijn gegaan, ik denk dat de sleutel uit mijn broekzak in de auto is gevallen toen ik mijn portemonnee pakte. Ik ben niet zo goed ter been en de auto staat op de Bernhardlaan... sorry dat we jullie nog zo laat moeten storen." Ik liet ze binnen en we besloten dat het te laat was om nog op zoek te gaan naar de sleutel van de voordeur van het museum en dat we morgenochtend wel zouden zien. Al snel was het licht in hun kamer uit en stonden de sculpturen er, in het nachtelijk donker van het museum, stilletjes bij.
Vanmorgen, om een uurtje of negen, sprak hij me in die ontwapenende toestand dus meteen aan.
Ik zei dat we wel even zouden afwachten of de sleutel in de auto lag en anders zouden we een nieuwe laten bijmaken. Natuurlijk wilde hij de kosten vergoeden... Hij vervolgde zijn weg langs de totem met de kattenkop van gejut plastic in felle kleuren en verdween onder de Marokkaanse poort naar de gasten'vleugel' van het gebouw.
Het was zondag, voor ons altijd de ochtend om eens even lekker de tijd te nemen voor het ontbijt.
Boodschappen halen of reserveren om ergens een ontbijt te nuttigen zou voor onze twee gasten nog een hele toer worden. Het idee om ze maar te laten aanmodderen zat ons niet lekker en we weken dan ook snel van ons principe af om geen ontbijt te serveren omwille van onze eigen vrijheid. We begonnen als vanzelf aan de voorbereidingen. Mijn lief spoedde zich naar de supermarkt voor verse bolletjes, jus d'Orange en dergelijke en ik klopte op de deur. Inmiddels uit de pyjama en fris in de kleren deed de man open:"Ja?" Zullen wij een ontbijtje voor jullie maken?" stelde ik voor. Het is zondag, je moet overal reserveren en zo... dus willen we voor jullie een uitzondering maken."Even aan mijn vrouw vragen," antwoordde hij. "Ja graag!" hoorde ik een verheugde stem roepen vanuit de kamer. "Nou, je hoort het, zegt de man.""Prima, dan zet ik het voor jullie in de bibliotheek klaar." Terwijl ik een zakje Earl Grey thee in het gekookte water liet glijden ging ik toch nog een keer terug om te vragen of ze thee of koffie wilden. Zij wilde graag koffie en hij, met een zachte stem: "Ik graag thee, zwarte thee."
De ontbijtactiviteiten waren in volle gang en we voelden ons als in een uitzending van Bed and Breakfast. Natuurlijk werd het veel te overdadig voor twee mensen op hoge leeftijd, maar dat mocht de pret niet drukken. Alles erop en eraan. Het moest een feestje worden.
Ze hadden inmiddels nog een half uur om te eten. Nee, jullie hoeven dit niet extra te betalen, dit is van het huis. Ik schonk koffie in en een kop zwarte thee voor de man. "Hoeveel denk je kost dat, een sleutel bij laten maken?" Kennelijk had hij weinig hoop de sleutel ooit nog terug te vinden. Ik dacht een eurootje of acht. Hij zei, terwijl hij de portemonnee pakte en opende: "dat komt dan goed uit, want ik heb precies nog een tientje! Hahaha." Hij schoof het tientje even omhoog en liet het vervolgens weer zakken."Het heeft zo moeten zijn", lachte ik hem toe.
Mijn man stelde voor na het ontbijt even mee te lopen naar hun auto. Zo hoefden zij niet met de auto het centrum in en ook niet met de zware rolkoffer te sjouwen en als de sleutel erin lag kon hij hem meteen meenemen.
Na het halve uur, het was iets over elven, stond het echtpaar met een gevulde buik en de bagage bij de hal."Kijk uit voor het afstapje", zei ik bij het uitzwaaien. En ik zag hoe de man zijn bordeauxrode leren schoen behoedzaam op het oude afgebrokkelde stoepje voor de voordeur zette.
Het begon te spetteren.
Toen ik het beddengoed in de machine deed kwam mijn lief terug. Zwaaiend met de sleutel:
"Het was maar goed dat ik even meeliep, want die hadden ze zelf nooit gevonden."






zondag 16 augustus 2020

zondag 2 augustus 2020

Goossen's kaasplak, de beste!

Daar ik niet echt sta te juichen als er gekookt moet worden alhoewel mijn vader kok was, maakt mijn lieffie meestal de maaltijden klaar, die vaak dan weer door mij verzonnen worden en in huis gehaald.
Zo af en toe heeft hij zo zijn eigen receptjes. Van onderstaand recept genieten we al jaren en het is tijd om dit nu eens met vrienden, familie en andere belangstellenden te delen.
Toen we nog in Amersfoort woonden en de kinderen klein waren was het al een hit;
"Goossie kaasplak!"
Lekker bij hutspot, of zoals gisteren bij de rode kool.
Bovendien is het een prima vleesvervanger.

Recept voor twee grote kaasplakken (vier personen)
Maak pannenkoekbeslag, genoeg voor twee hele dikke pannenkoeken. Dit kan met een ei of twee, met witte bloem (ongeveer 150-200 gram), aangelengd met yoghurt, melk en/of bier (totaal ongeveer 500 ml) en een scheutje olijfolie zo, dat het beslag nog net wat steviger is dan gewoon pannenkoekenbeslag. Voeg ook flink wat versgemalen peper toe. Zout hoeft niet.
Snij een paar ons jong belegen of belegen kaas in plakken van drie, vier millimeter dik.
Verhit twee koekenpannen, elk met een scheutje olijfolie. Zodra deze goed heet zijn verdeel je driekwart van het beslag over de twee pannen. Bedek beide direct daarna met de kaasplakken:
Druk de plakken lichtjes aan.

Zorg dat ook de hoekjes bedekt worden met kaas.


Verdeel de rest van het beslag over de twee kaasplakken-in-wording

Verspreid met een lepel het beslag over alle kaas

Zet na enkele minuten het vuur laag en leg borden
of deksels op de pannen.

Druppel het laatste beetje beslag op de plekken waar nog kaas zichtbaar is.

Wacht lang genoeg om ook het bovenste beslag te laten stollen,
Dit kun je ook checken door te voelen hoe warm de borden zijn.

 
Is (bijna) al het beslag gestold? Maak dan de kaasplak met een brede spatel los van de pan en keer hem met een subtiele worp. Niet te hard terug in de pan laten kletsen want dan vind je de olie op de muren terug. 
Nog even de andere zijde bakken op hoger vuur.
Laat gerust wat uitlopend kaas knapperig bakken.
Verdeel de kaasplakken met de spatel in vier stukken
en geef elke gast twee kwarten.

Heerlijk met rode kool op een bedje van rucola en een paar
in de schil gekookte Opperdoezer aardappelen!